Bijen en graafwespen in zes terreinen van Natuurmonumenten In 2002 verrichtten medewerkers van EIS-Nederland veldonderzoek naar de bijen- en graafwespenfauna in zes terreinen van deVereniging Natuurmonumenten: de Kampina, de Maasuiterwaarden bij Den Bosch, Planken Wambuis, de Plateaux, Voornes Duin en de Zeepeduinen. In dit rapport worden de resultaten van deze inventarisaties besproken. Ook is er aandacht voor gegevens van bijen en graafwespen uit eerdere jaren, voor zover deze aanwezig zijn in de databestanden van EIS-Nederland. Aan de hand hiervan worden beheeraanbevelingen gedaan ten behoeve van de bijen- en graafwespenfauna. In de inleiding worden enkele algemene richtlijnen gegeven voor bijen- en graafwespenvriendelijk beheer van natuurgebieden. Kampina In 2002 zijn 88 soorten bijen en 41 soorten graafwespen gevonden, waarmee de totale aantallen uit het gebied bekende soorten op respectievelijk 104 en 46 uitkomen. De Kampina is een vrij soortenrijk gebied als gevolg van de grote mate van afwisseling in het landschap en er komen verschillende bedreigde soorten voor. Toch zijn enkele bijzondere soorten inmiddels uit het gebied verdwenen. Met aanpassingen in het beheer is nog wel enige winst te behalen voor de bijen- en graafwespenfauna. Belangrijke aanbevelingen in dit verband zijn: grootschalige kap van aangeplante soortenarme naaldbossen, tegengaan van verdroging in heideterreinen, kleinschalig plaggen van vergraste droge heide, faseren van begrazing en maaibeheer in tijd en ruimte. Maasuiterwaarden In 2002 zijn 41 soorten bijen en negen soorten graafwespen gevonden, waarmee de totale aantallen uit het gebied bekende soorten op respectievelijk 53 en 23 uitkomen. De Maasuiterwaarden zijn niet erg soortenrijk, maar hebben wel de potentie om dit te worden. Maatregelen die hierbij kunnen helpen zijn: het openkappen van enkele steile, zonnige hellingen, het faseren van de begrazing in ruimte en tijd en de vergroting van de bewegingsvrijheid van de rivier. Planken Wambuis In 2002 zijn 55 soorten bijen en 39 soorten graafwespen gevonden, waarmee de totale aantallen uit het gebied bekende soorten op respectievelijk 59 en 53 uitkomen. Echte zeldzaamheden zijn niet gevonden, maar de fauna als totaal is kenmerkend voor een habitat die in Nederland sterk onder druk staat als gevolg van vergrassing van schrale heide- en zandgebieden. Om deze waardevolle fauna te behouden kunnen de volgende beheermaatregelen worden overwogen: gefaseerd maaien van braakliggende, bloemrijke akkers en wegbermen, het tegengaan van vergrassing en vermossing van de stuifzanden. Plateaux In 2002 zijn 78 soorten bijen en 43 soorten graafwespen gevonden. Er zijn geen oude gegevens uit dit gebied bekend. Het is een soortenrijk terrein, als gevolg van de sterke afwisseling tussen droge en natte delen. Tien van de aangetroffen bijensoorten staan op de Rode Lijst. Hiervan geldt de Gelderse zandbij Andrena gelriae als ‘ernstig bedreigd’. Als gevolg van de begrazing zijn in het gebied op veel plaatsen abrupte overgangen aanwezig tussen bos en lage vegetatie, waarbij geen bloemrijke overgangsvegetatie aanwezig zijn. Dit is nadelig voor de bijen- en graafwespenfauna. Hier en daar zouden overgangsvegetaties gestimuleerd kunnen worden door delen af te rasteren, zodat de runderen er niet bij kunnen. Voornes Duin In 2002 zijn 34 soorten bijen en 28 soorten graafwespen gevonden, waarmee de totale aantallen uit het gebied bekende soorten op respectievelijk 47 en 29 uitkomen. Er zijn drie soorten gevonden van de Rode Lijst, waarvan er twee typische duinsoorten zijn. Een vierde Rode-Lijstsoort die kenmerkend is voor kusthabitats, de schorzijdebij Colletes halophilus, is in 1994 voor het laatst in dit gebied gevonden. Waarschijnlijk is de soort in 2002 gemist vanwege haar late vliegtijd. Specifieke beheermaatregelen konden niet worden genoemd, maar bij het opstellen van nieuwe maatregelen zou rekening gehouden moeten worden met de vier bedreigde bijensoorten in het gebied. Zeepeduinen In 2002 zijn 49 soorten bijen en 26 soorten graafwespen gevonden. Er zijn drie bijensoorten gevonden van de Rode Lijst, waarvan de kustbehangersbij Megachile maritima de bijzonderste is. De aanwezigheid van pony’s heeft een gunstig effect op de nestelgelegenheid en de bloemenrijkdom. Hier en daar kan de bleomenrijkdom nog gestimuleerd worden door in september te maaien en het maaisel af te voeren. Dit zou met name in vochtige delen moeten gebeuren, waar tormentil en rolklaver groeien. Dit zijn belangrijke voedselplanten van bijen in het terrein.

, , ,
European Invertebrate Survey - Nederland, Leiden
Staff publications

Peeters, T. M. J., & Reemer, M. (2003). Bijen en graafwespen in zes terreinen van Natuurmonumenten. European Invertebrate Survey - Nederland, Leiden.