In de loop van de laatste jaren werd de vissencollectie van het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie te Leiden, dank zij de welwillende medewerking van diverse contribuanten, verrijkt met een aantal vissen welke hetzij nieuw zijn voor het Nederlandse faunagebied of de Noordzee, hetzij om andere redenen van belang lijken om hier vermeld te worden. Ook een correctie op de jongste literatuur omtrent de „Kroeskarper" is hier aan toegevoegd. Prionace glauca (Linnaeus), de Blauwe Haai (pl. ι) Redeke (1941: 40) vermeldde de Blauwe Haai, tot dat tijdstip gewoonlijk met voorbehoud tot onze fauna gerekend, op grond van een 1.80 m lang wijfje dat op 3 december 1927 bij het lichtschip „Haaks" werd gevangen, voor de eerste maal met zekerheid. In de Nederlandse bewerking van de Zeevissengids van Muus (1966: 42) wordt ongedocumenteerd vermeld dat deze soort „Aan onze kusten uiterst zeldzaam gevangen" wordt, een opmerking wellicht volledig berustend op de vangst uit 1927. In Nijssen's recente overzichten van de Nederlandse visfauna (1966; en met S. J. de Groot, 1974) wordt de Blauwe Haai echter niet meer als Nederlandse soort vermeld. Op 30 december 1972 ontvingen wij door bemiddeling van R. van Assen een jong mannelijk exemplaar van deze soort, aangespoeld bij Paal 4 op Terschelling, op 20 december 1972, en verzameld door W. de Haan. Dit dier, metende 118.5 (162) cm> was nog geheel gaaf en moet, gezien de verse toestand, op of zeer nabij het strand gestorven zijn. Hiermede is dus weer onomstotelijk het voorkomen van de Blauwe Haai in de Nederlandse kustwateren bevestigd. Het exemplaar is in de collectie opgenomen onder reg. no. RMNH 26702. Carassius auratus gibelio (Bloch), de Giebel