Deze worm, het eerst waargenomen in den mond van de Thames, de Liffey en andere rivieren in Engeland, werd door dr. G. Romijn op verschillende plaatsen in N. Holland verzameld: in het Noordhollandsch kanaal bij Schoorldam en in kanaal P. (een verbindingskanaal tusschen het Noordzee-kanaal en de Haarlemmer ringvaart). Terwijl de exemplaren van Engeland 4 à 6 mm. lang worden, bereiken de onze slechts een lengte van 2 mm. Het zijn primitieve Sabelliden (Fam. Amphicorinidae) met 5 onvertakte kieuwen aan weerszijde, waarvan alleen de middelste een bloedvat vertoonen. Zij bestaan uit 12 segmenten: 1 borstelloos kopsegment met een paar oogen, 8 thoracaal segmenten en 3 abdominaal segmenten. De haakvormige borstels van thoracaal en abdominaal segmenten verschillen eenigszins in vorm. Deze Sabellide is het eerst door mij vermeld uit het Alkmaarder Meer in 1919 2); echter was het toen niet mogelijk de soort vast te stellen, daar slechts één slecht geconserveerd exemplaar voorhanden was.