In 1956 werden de karteringen in de Pyreneeën, N.-Palencia (Asturië) en Galicië voortgezet. Geen nieuwe gebieden werden in het onderzoek betrokken, die niet direct aansloten bij die van vorige jaren. In de Pyreneeën werd als nieuw werk voornamelijk uitgegaan van de kartering in het zuidelijk gedeelte van de Noguera Pallaresa tussen Llavorsi en Pobla de Segur. De Flamisell en de Mañanet werden in het onderzoek betrokken. Bovendien werd door Dr. Zwart en de Heer Allaart samen met de Heer Verspijck de metamorfe zone rond de Ariège opnieuw in studie genomen.